Opsterland gaat voor college met vier partijen

BEETSTERZWAAG De gemeente Opsterland stevent af op een coalitie met vier partijen. Dat is de uitkomst van de informatie onder leiding van Theunis Piersma. Opsterlands Belang, FNP, PvdA en ChristenUnie gaan de inhoudelijke besprekingen met elkaar aan. Samen hebben ze 13 van de 21 raadszetels.

Alle partijen willen dat de FNP als enige duidelijke winnaar toetreedt tot het nieuwe Opsterlandse college, zo blijkt uit het verslag van informateur Theunis Piersma. De FNP maakte bij de recente raadsverkiezingen een sprong van één naar drie zetels. Collegedeelname van Opsterlands Belang (5 zetels) heeft de voorkeur van vijf partijen. GroenLinks, VVD en D66 willen graag een college zonder de grootste Opsterlandse partij. 

Voor informateur Piersma was het na de eerste inventarisatieronde duidelijk dat er breed draagvlak is voor de combinatie Opsterlands Belang en FNP als romp voor de nieuwe coalitie. Deze partijen kozen samen de PvdA (drie zetels) als derde partij erbij. Samen is dit trio goed voor 11 van de 21 zetels, een krappe meerderheid. Op hun verzoek schuift de ChristenUnie (twee zetels) als vierde partij aan, waardoor een meerderheid van 13 van de 21 zetels ontstaat.  

Keuze PvdA

Harm de Jong (FNP) is blij met de voorlopige uitkomst. “Elk wol dat wy oanskowe, dêr hoegden wy net lang oer nei te tinken.” De FNP baseert de voorkeur voor de PvdA als derde partij op de prestaties van wethouder Libbe de Vries. “Hy leit ek in soad klam op it Frysk.” Ook Opsterlands Belang prijst de PvdA voor de afgelopen vier jaar. Fractievoorzitter Jan van Dalen: “Op it soarchdossier sitte wy op ien lijn. Soarch is der foar minsken dy’t it noadich ha, net foar wa’t der rjocht op hat.” 

De ChristenUnie zat na de verkiezingen in de wachtkamer, ze zijn niet nodig voor een meerderheid. “Wy ha fuort sein: it is no net oan ús”,  aldus fractievoorzitter Oebele van der Veen. “Mar wy ha wol in wethâlder mei in soad ûnderfining, wy binne bliid dat wy derby frege binne.” Het CDA valt nu voor de tweede keer op rij buiten de boot. Tot teleurstelling van fractievoorzitter Bareld van der Meer. “Wy wiene der klear foar, mar de útkomst ferrast ús net.”  

Drie of vier

Het CDA is de enige partij die vasthoudt aan drie wethouders. Volgens Van der Meer is dat voldoende voor een plattelandsgemeente om de problemen daadkrachtig aan te pakken. “Boppedat is in lytse mearderheid better foar it dualisme. De vier beoogde coalitiepartijen vinden een extra wethouder goed te verantwoorden omdat gemeenten er veel zware dossiers bij hebben gekregen. Een coalitie met vier partijen geeft ook meer stabiliteit en een verlaging van de werkdruk bij de wethouders, zo vat Piersma de mening van de vier partijen samen. 

Van Dalen wijst er ook op dat een iets ruimere meerderheid minder inspanning vergt om het laatste raadslid van de coalitie mee te krijgen. “No kin der ek ris ien tsjin stimme sûnder dat der fuort problemen binne, Dat is better foar it dualisme.” De extra kosten voor een vierde wethouder denkt Van Dalen terug te verdienen door contacten met de burgers meer in handen van de wethouders en minder bij ambtenaren neer te leggen. “Dan is it kolleezje ek mear sichtber.” 

Die zichtbaarheid moet ook helpen het vertrouwen van de burger in de overheid te verbeteren. De huidige drie wethouders zijn ook kandidaat voor de volgende periode: Anko Postma (Opsterlands Belang), Libbe de Vries (PvdA) en Rob Jonkman (ChristenUnie). De FNP-kandidaat wordt later deze week bekend. 

Hoofdlijnen

Piersma constateert in zijn verslag dat er geen sprake is van ‘âld sear’ tussen partijen. Hij heeft daar specifiek naar gevraagd. Ook het CDA dat aanvankelijk grote moeite had met de door Opsterlands Belang beoogde start van de informatie, stelt dat met het aanstellen van Piersma dit uit de wereld is. De vier partijen zijn volgens Piersma voorstander van een coalitieakkoord op hoofdlijnen met nadere uitwerking op een paar specifieke onderwerpen. Een akkoord op hoofdlijnen moet meer ruimte aan de raad bieden voor dualisme. Informateur Piersma biedt het rapport formeel op maandag 25 april aan de raad aan, waarna er ook direct over wordt gedebatteerd.