Zelfbewuste verfmakers
OndernemenAnker Stuy, is dat niet de verffabrikant die furore maakt met lichtgevende wegmarkeringen? Jawel, onder andere. Maar de Seramic Lightcoating vormt slechts een klein deel van de totaalomzet. Het product laat zien waar Anker Stuy toe in staat is; inmiddels ontwikkelt het bedrijf nieuwe functionele coatings, zoals schilderbare zonnecellen. De toekenning van de Friese ondernemerstitel behelst echter veel meer, beklemtonen Armand en Emile Stuy. “Het is geen innovatieprijs. We zijn aan alle kanten door de mangel gehaald.” Experts van onder andere Rabobank en Deloitte hielden de financiën en de interne organisatie tegen het licht. Bovendien toetsten ze het werkgeverschap, duurzaamheid, maatschappelijke betrokkenheid en de visie op de toekomst. “Over het geheel kwamen wij als beste uit de bus en dat voelt als erkenning.”
De Friese onderneming van 2016 staat in Terwispel en heet Anker Stuy. Voor de buitenwereld misschien een verrassing, maar de verfmakers weten waartoe hun organisatie in staat is. Ze hadden op deze uitkomst gehoopt. “We timmeren al jaren aan de weg maar hebben er nooit ruchtbaarheid aan gegeven. Die bescheidenheid laten we nu wat los. We willen ons gezicht laten zien.”Marktpositie
Armand en Emile vormen de derde generatie Stuy in de verffabriek die hun grootvader Adriaan na de oorlog in Gorredijk begon. In 1972 verhuisde het bedrijf naar de huidige locatie; de voormalige melkfabriek van Terwispel, waar hun vader John en oom Rob de zaak verder uitbouwden. “Door te innoveren, inderdaad”, zegt Armand. “Mijn vader zette vol in op onderzoek en de ontwikkeling van watergedragen verfsystemen op basis van alkyd-emulsie. Dus verf zonder schadelijke oplosmiddelen. Toen de milieuwetgeving begin jaren negentig dat afdwong , stonden wij klaar om te leveren. Daar hebben we ons marktpositie aan te danken.” Vandaag de dag komt 25 procent van de verf die de houtverwerkende industrie van Nederland gebruikt bij Anker Stuy vandaan. Onderdelen van bouwbedrijven als Van Wijnen, Friso, Dijkstra Draisma en de onlangs gestarte fabriek voor agro-vezelplaten in Heerenveen werken met de coatings uit Terwispel.
Speedboat
Dat de Nederlandse houtindustrie kiest voor de relatief kleine toeleverancier uit Friesland en niet in zee gaat met grote multinationals als Akzo Nobel die de verfmarkt domineren, ligt volgens Emile aan de technische daadkracht van Anker Stuy. “Wij denken in een vroeg stadium mee met de klanten, zoals bij de coating voor de agro-vezels. En omdat we zo klein zijn, kunnen we snel schakelen en onze klanten op maat gemaakte producten leveren. Akzo begint pas te leveren bij grotere hoeveelheden, wij doen dat al vanaf honderd liter. Wij zijn een speedboat ten opzichte van logge tankers.” Voor de wendbaarheid van nieuwe producttoepassingen steunt Anker Stuy dan ook zwaar op de afdeling Research and Development. “Het technisch hart van het bedrijf”, zegt Armand. “Van de ruim 65 mensen die hier werken, bemannen er acht het laboratorium.” De inzet op vernieuwing trekt chemici van naam aan, zoals de voormalige hoogleraar Ron Hulst die het lab leidt. Met die denkkracht in eigen huis durft Anker Stuy de voorspelling aan dat in 2025 de helft van de productie uit herwinbare grondstoffen zal bestaan.
Alliantie van familiebedrijven
Anker Stuy werkt sinds een aantal jaren samen met de Duitse fabrikant van meubellakken Heidelberg, een vergelijkbaar familiebedrijf. “Zij zijn sterk in meubellakken maar hadden niets voor buitentoepassingen en bij ons was het andersom.” Een gelukkige alliantie die niet alleen de toegang heeft vergemakkelijkt naar Duitsland, houtverwerkend land bij uitstek. Met de Heidelbergproducten heeft Anker Stuy ook de afgelopen vijf jaar vijftien procent van de Nederlandse interieurbouw binnengehaald, een opsteker met de crisis in de woningbouw. Aan de markt voor particulieren waagt Anker Stuy zich niet. Die is in handen van de grote multinationals en tegen hun marketingbudgetten valt nu eenmaal niet op te boksen, aldus commercieel directeur Armand. “Maar we bekijken wel de mogelijkheid van online verkoop.” Met het verzamelen van data over nieuwbouweigenaren wil Anker Stuy de huizenbezitters via internet benaderen voor het onderhoud van in- en exterieur.
Het buitenland moet mede zorgen voor de verdere groei, over de exportverkenningen gaat Emile, de jongste Stuy. “Voor marktverbreding richten we ons voornamelijk op Oost-Europa, met een eigen kantoor en magazijn in Polen. En via importeurs verkennen we Azië en Zuid-Amerika.” Maar die strategie sluit andere landen in Europa niet uit, voegt hij er meteen aan toe. Zo suggereerde de directeur van Heidelberg dat er voor Anker Stuy ook samenwerkingskansen liggen in Zwitserland. “We vragen dan aan hem zijn relatie uit te nodigen om hier een kijkje te komen nemen.” En ook dingen de verfmakers uit Terwispel mee aan een tender voor de metro in Moskou, waarbij alle treinstellen en stations beschermd moeten worden tegen graffiti. Anker Stuy gooit hoge ogen met zijn hoogwaardige tweecomponenten coating; een watergedragen combinatie met beschermings- en vuilafstotende eigenschappen. “We zijn een van de twee partijen die nog in de race zijn voor de opdracht. De valutaschommelingen als gevolg van de crisis in Rusland en de situatie in Oekraïne hebben onze producten flink duurder gemaakt.”
Aeolus
Dat bij de derde generatie het ondernemersbloed net zo kriebelt als bij hun voorgangers blijkt uit het nieuwe bedrijf Aeolus, die de twee broers onlangs hebben opgestart. “Samen met Parthian Technology uit Hengelo, een gespecialiseerd bedrijf in composiet, hebben wij een coatingsysteem ontwikkeld voor de wieken van windmolens. Het streven is om met de hoogwaardige coating de onderhoudsbeurten met de helft terug te brengen. Dit coatingsysteem is dit jaar bij fabrikanten van windmolenbladen geïntroduceerd.”
