Het walkingfootball-team van Bakkeveen speelt eens in de drie weken.
Het walkingfootball-team van Bakkeveen speelt eens in de drie weken. Foto: Remco Hofman

Walking football voor heren met fatsoen

Sport

BAKKEVEEN Het is een merkwaardige manier van voetballen. Bij walking football mag je niet rennen, de bal moet laag blijven. Tien 60-plussers komen opdagen om weer eens te voetballen. “Ik ha nei fyftich jier wer fuotbalskuon kocht.”

Ze zijn allemaal keurig op tijd, er is zelfs nog tijd voor koffie vooraf. Onder leiding van Jacob van der Weij volgt daarna een warming-up om alle ongebruikte spieren eens goed los te maken. Jacob (67) geeft de spelers nog even kort aanwijzingen. “Geen lichamelijk contact. Speel de bal in de voeten en geen dieptepasses. Wees aanspeelbaar!” Ze spelen vijf tegen vijf, op een klein veld met kleine doeltjes. Zodat ze geen grote afstanden hoeven te lopen. 

De spelers zijn allemaal de zestig gepasseerd. De jongste is 64,  de oudste 80 jaar. Ze hebben een voetbalverleden, enkelen speelden in het eerste elftal van amateurclubs. Voetballen verleer je niet, maar het lijf wil niet altijd meer wat het hoofd in gedachten heeft. Jan van der Vaart (74) kruipt tijdens de wedstrijd even de dug-out in: “Efkes sitte. Dat kin wol, wy stean mei 2-0 foar. Ik ha yn ‘79 foar it lêst fuotballe. Ik moat efkes rêstich oan.” 

De mannen houden de bal laag en proberen steeds een vrije man te vinden. Vrijlopen is daarom heel belangrijk, maar dat is lastig als je niet mag hardlopen. Overtredingen zijn er niet. Geen smerige tackles of venijnige schouderduwen. Walking football is daarom een sport voor heren met fatsoen. Mannen die elkaar wat gunnen. Toch valt een speler met een blessure uit. Harm Bouma (70) is de ongelukkige, maar hij maakt zich niet echt druk: “It skeat my ynienen yn ‘e bil. It is moai sa. Ik ha de jonges wer efkes sjoen en wy ha wer efkes praat.”

Na dertig minuten is het partijtje afgelopen. De uitslag is niet van belang en is meteen weer vergeten. In de kantine wacht de ‘derde helft’ die aanzienlijk langer duurt dan het voetbalpotje. De conditie is niet meer wat het geweest is, maar het plezier in het spelletje is gebleven. Sybrand Bosma (70): “Ik wie sa no en dan bliid dat de bal fier fuort wie, want dan hoech ik net te rinnen.” 

Bob Waisfisz is met 80 jaar de oudste van het stel. Hij heeft eigenlijk helemaal niks met voetballen. Hij is meer een schaatser en moet wennen aan al die drukte om zich heen: “Ik hoopte vandaag elke keer dat iemand anders eerder bij de bal was. Maar ik vind het gewoon leuk, want je bent op deze manier onder de mensen.” 

Voor Koert Scholten (72) is het net even anders. Hij heeft jarenlang in het eerste van ACV Assen gespeeld en kan gebruikmaken van zijn techniek en overzicht: “Zo’n halfuurtje is best vol te houden. Ik ben ook niet moe. Je moet veel in de voeten spelen en niet in de diepte.” Er wordt nu eens in de drie weken gespeeld, maar dat kan in de toekomst wel vaker worden. Misschien wel één keer per week en in de zomer ook ‘s avonds. 

Coach Jacob traint ook het walkingfootball-team in Ureterp en wil graag dat ze tegen elkaar spelen. Dat wordt waarschijnlijk mei dit jaar. De Bakkeveensters kijken er nu al naar uit: “Bakkeveen-Oerterp. Dat wurdt in echte derby. Earst mar in thúswedstriid!”