De mailbox zit soms vol verrassingen. Deze ingezonden brief - ook al maakt de afzender zich niet echt bekend - wil ik u niet onthouden.

Hier een bericht van iemand die zich verlaten voelt. Die al tijden niet eens lekker onder handen is genomen, die zich al tijden niet even helemaal van alle kanten heeft laten bekijken. Ik ben niet alleen. Veel van mijn vrienden zitten in hetzelfde schuitje. Opgestapeld en ongebruikt. Ja, veel van ons zijn wel gedigitaliseerd. We zijn op een website terug te vinden, maar dat is toch niet echt. Men moet de tijd voor ons nemen. Om goed te kunnen doorgronden wat wij te bieden hebben.

En zo zitten er zoveel in de piepzak. Er waren tijden dat mijn vriend iedere dag meerdere keren heerlijk met een nat doekje werd afgenomen. Keer op keer lekker fris, nadat een gast weer eens iets minder netjes had gegeten. En nu; de laatste natte doek is een herinnering van alweer veel te lang geleden. Verse etensresten en koffievlekken hebben plaatsgemaakt voor een laagje stof.

Vreselijk is het ook voor mijn vrienden die opgestapeld in de hoek staan. Of buiten, in weer en wind. Amper vrij kunnen ademen, klem tussen de poten van een ander. Voor even is dat leuk, maar het duurt nu al zo lang. Zo graag zouden ze eens even weer contact maken met een paar warme billen. Van mannen of vrouwen, dik of dun, het maakt niet uit. Er is er maar één uit die vriendengroep die niet ongebruikt in de hoek staat. Die wel regelmatig in actie mag, die wel billen voelt. Maar het zijn steeds dezelfde billen. Van onze baas. Die op stille momenten gaat zitten. Die zonder iets te zeggen voor zich uit kijkt. Of aan het rekenen is. Hoe het verder moet. 

We willen hem allemaal zo graag helpen, maar we mogen niet. We hebben allemaal zo'n honger, klantenhonger.

Een menukaart