Raad stelt vragen bij Opsterlandse bouwkeuzes

BEETSTERZWAAG Er komt schot in diverse Opsterlandse bouwplannen. De gemeenteraad boog zich maandag over voorbereidingskredieten voor uitbreidingsplannen in Terwispel, Bakkeveen en Ureterp. De raadsleden zijn enthousiast, maar stellen ook vragen bij gemaakte keuzes. 

Want waarom kiest het college van B en W er bijvoorbeeld voor om in Terwispel de bouwlocatie met verlies bouwrijp te maken om het daarna over te dragen aan een stichting uit het dorp. “Wolle je aktyf grûnbelied fiere, dan is it logysk om de ferkeap ek yn eigen hannen te hâlden”, merkte Hans de Jong (Opsterlands Belang) op. Hij wees ook op mogelijke rechtsongelijkheid. Want in Langezwaag betalen de particuliere initiatiefnemers alle kosten van het uitbreidingsplan wel uit eigen zak. “Hoefier geane wy?” 

De raad vraagt zich ook af hoe het college de afgesproken hoeveelheid sociale huurwoningen - dertig procent van alle bouw - wil realiseren. “Der is hieltyd sein dat wy wachtsje moatte op de saneamde sleutelprojekten”, aldus Anja Wiersma (PvdA). De uitbreiding Fûgelliet in Ureterp is zo’n sleutelproject, maar bevat geen huurwoningen. Volgens wethouder Marcel van Opzeeland zijn er rond dit project al afspraken gemaakt met de initiatiefnemers voor het afsluiten van de Woondeal met provincie en Rijk. De wethouder beloofde dat Ureterp op andere manieren voldoende sociale huurwoningen krijgt. 

De raad gaf het college vorig jaar opdracht om te kijken hoe starterswoningen voor maximaal 250.000 euro te realiseren. “Hoe sjogge wy dat werom yn it plan Loevestein op De Gordyk?”, vroeg Jaco de Jong (Opsterlands Belang). In het plan Aylvalân in Bakkeveen is wel voorzien in sociale huurwoningen en voor starters geschikte small houses. Voor realisatie van dit plan kan het nabijgelegen Natura2000-gebied een obstakel zijn, maar volgens de wethouder onderhandelt Opsterland met twee agrarische bedrijven over de opkoop van stikstofrechten. 

Op een vraag van het CDA of de ambtelijke organisaties al de bouwplannen wel kan bolwerken, antwoordde de wethouder: “Er zijn geen tekenen dat we het niet kunnen bijbenen.” Op veel andere vragen over de invulling en de exploitatie van de plannen moeten voorbereidende onderzoeken verdere antwoorden geven.